La Vie en Taichi




INSTRUCTIES

 
Richtlijnen voor het beoefenen van tai chi chuan
 
1) Hou het hoofd alsof het aan de kruin is opgehangen. Laat het hoofd niet overhellen naar een kant.

Hef het hoofd steeds langzaam op om krampachtigheid van nek en schouders te voorkomen. Gebruik geen kracht om het hoofd recht te houden, zodat bloed en qi kunnen stromen. Je zal geestelijke frisheid bekomen. Draai het hoofd niet van links naar rechts, omdat het bij de oefeningen het lichaam moet volgen. (dit stelt je in staat de kracht van de tegenstander te neutraliseren)
De ogen draaien mee met de romp en kijken meestal in de richting van de voorste hand.

 

2) Ontspan de schouders. Laat de schouders zakken en de ellebogen hangen. Bij opgetrokken schouders stijgt de qi in het hele lichaam en je zal een te kort aan kracht hebben. (ononderbroken kracht)
Zwaai niet met je schouders bij het omhoog en omlaag gaan. Beweeg met je handen doelbewust en draai niet te snel.

 

3) Sta nooit kaarsrecht met de borst vooruit. Laat de borst ook niet te veel invallen. Tracht de borstspieren bewust te ontspannen, zo kan je de qi bewust tot in de dantian laten zakken.

 

4) Zorg ervoor dat het onderlichaam zwaar is en het bovenlichaam licht:
– als de borstkas naar voor staat zal de qi naar de borstkas stromen en zal je bovenlichaam zwaar worden en beneden licht.
– als je borstkas zakt komt je rug licht omhoog, dit maakt de weg vrij om de innerlijke kracht uit je rug te halen.

 

5) Maak het middel los, zo kunnen uw voeten sterk zijn en uw stand stabiel. (het middel is het sturend deel van de romp)

 

6) Coördineer tussen boven en onder:
– elke beweging moet geworteld zijn in de voeten, uitgevoerd vanuit de benen, beheerst door het middel en verwezenlijkt in handen en vingers.

 

7) Zorg ervoor dat je stap voldoende groot is zodat je middel kan draaien. (Wendbaarheid)

 

8) Wees innerlijk en uiterlijk een. Als de gedachten getraind zijn worden de bewegingen licht en soepel.

 

9) De bewegingen moeten continu zijn zonder onderbreking. (zoals een machtige rivier die ononderbroken stroomt)

 

10) De bewegingen moeten langzaam zijn. Hoe langzamer hoe langer en dieper de ademhaling. Hierdoor krijgt qi de kans om te stromen.

 

11) Gebruik geen lichaamskracht:
– Ontspan het hele lichaam, laat niet de minste
spanning zitten in de spieren, botten en
bloedstroom. (omdat spanning resulteert in
zelfbeperking.)
– Bij een totale ontspanning zal je zo lenig en
gevarieerd zijn in al je bewegingen als je zelf  wil.
– Als je bij een totale ontspanning wilskracht
gebruikt in plaats van spierkracht, zal qi overal
stromen waar je wil hem heen stuurt